De kerk dateert uit 1759 en is gebouwd op het hoogste punt ( de terp) van Akkrum. Er zijn aanwijzingen, dat er al sinds de Middeleeuwen een kerk op deze plaats heeft gestaan, vermoedelijk van hout opgetrokken. De huidige kerk werd op 28 oktober 1759 ingewijd door de toenmalige predikant Ds. R. Braarda. Blijkens een gedenksteen boven de noordelijke ingang werd de eerste steen gelegd door de 17-jarige Augustinus Lycklama à Nijeholt
De kerk is een eenvoudig, rechthoekig gebouw met een driezijdig-gesloten koor en een vierkante toren. Tot 1 januari 1879 werd er op het kerkhof rond de kerk begraven. Bij de restauratie in 2000 zijn diverse grafzerken van bekende Akkrumers weer in het zicht gebracht en gerestaureerd. Op het koor van de kerk staat als windwijzer een meerman, een verwijzing naar Aeolus, de god van de wind in de Griekse mythologie.
Het interieur is sober gehouden; ook de kansel vertoont weinig sierwerk. Het fraaie orgel werd door P. Van Oeckelen te Groningen vervaardigd in 1856. Het heeft een loos rugpositief. Oorspronkelijk bezat de kerk twee zogenaamde Heerenbanken, maar bij de restauratie in 1967 moest één daarvan afgebroken worden. De overgebleven bank heeft een ruggenschot met 8 uitgesneden wapens; zij dateren waarschijnlijk uit de periode 1615-1636.
Bijzonder zijn de 4 gebrandschilderde ramen in het koor, die door de Gebr. Gongrijp te Sneek in 1760 werden vervaardigd en in 1939 door de glazenier Jarich Haasdijk
zijn gerestaureerd. Het zijn de enige in Friesland nog overgebleven werkstukken van deze glazeniers. De ramen zijn geschenken van: Prins Willem V, de Heeren Rekenmeesters, de Heeren ‘s Hofs van Friesland en de leden des Gerechts en de Kerkvoogdij.
Bouw en restauraties
Al vóór 1350 was er op de huidige plek een kerk. Rond 1750 werd de oude kerk voor afbraak verkocht. In 1759 werd de eerste steen gelegd voor de Terptsjerke. De zadeldaktoren is in 1882 vervangen door een spitse toren (33 m). De vier gebrandschilderde ramen (1760) zijn getuigen van de banden tussen kerk en staat. In 2000 is er een grondige restauratie geweest. Het interieur van de kerk bestaat uit een herenbank (1620), grafzerken (oudste uit 1591) en onder de vloer een niet meer toegankelijke grafkelder. De toren is gerestaureerd in 2013 en voorzien van 4 wijzerplaten. Op het koor staat een meerman als windwijzer. Het orgel (1856, Petrus van Oeckelen) is vanaf 1978 in diverse fasen gerestaureerd, laatstelijk in 2010.